Muziek

Interviews met bekende artiesten van eigen bodem, verslagen van concerten en festivals,...

Zorg dat je onze volgende artikels zeker niet mist!

Nele Needs a Holiday

Nele Needs a Holiday

Nele Van den Broeck, jong, talentvol en boordevol cynische humor!

De zangeres van het meidentrio ‘Nele Needs a Holiday’ had even een tijdje vrij gemaakt in haar drukke agenda om een klein interviewtje af te leggen met onze reporters van Magdazine.

Vanwaar is de naam “Nele Needs a Holiday” afkomstig?

“Wij heetten eerst gewoon Nele Van den Broeck. Dat is mijn naam namelijk (lacht een beetje). Ik ben eerst begonnen met solo op te treden, als singer-songwriter maar ik was wel al aan het denken aan een artiestennaam. Toen ik die niet vond, heb ik tijdens mijn eerste optreden dus gewoon gezegd: “Hallo, ik ben “Nele Van den Broeck”, wat ook zo is natuurlijk en dat is dan ook zo gebleven. Ik vond dat ook wel leuk want het is totaal geen artiestennaam en het past ook wel bij mijn muziek. Mijn liedjes zijn ook gewoon Nele Van den Broeck die zingt. Ik moet er ook geen ander personage op plakken. Maar dan zijn Kaat en Lisa erbij gekomen. We hebben nog een jaar opgetreden onder de naam ‘Nele Van den Broeck. Dat was wel wat lullig voor hen. Dus ja, daar was geen houden aan ook al speelde ik nog wel alleen. Dus we waren op zoek naar een groepsnaam die zou kunnen voor mij en ook voor een optreden met 3. Dan dachten we aan ‘De Holiday’s’. Dat vonden we wel een leuke klank hebben en zo optimistisch. Maar dan kon ik ook moeilijk solo optreden onder die naam; dat ging gewoon niet. Uiteindelijk zijn we bij ‘Nele Needs a Holiday’ terecht gekomen, omdat we het mooi vonden met die alliteratie. En het is ook nog waar eigenlijk. Ik ben echt toe aan vakantie hoewel het er nog steeds niet van is gekomen” (lacht)

Wat is uw inspiratiebron?

“Goh!(twijfelt even) Muzikaal zijn het wat obscure Amerikaanse groepen. Toen ik nog op Sint-Donatus zat, luisterde ik vaak naar anti-folk, zoals Jeffrey Lewis, Daniel Johnston en The Moldy Peaches… Zij spelen vooral singer-songwriter liedjes maar onserieus. Veel singer-songwriters hebben veel pijn en emoties, dus die maken altijd mooie poëzie en metaforen. Ik schrijf nooit metaforen, dus ik schrijf altijd zoals het is gebeurd.
Die anti-folk heeft me wel heel erg geïnspireerd. Het is een soort akoestische punk. Het is heel gemakkelijke en democratische muziek. Je moet niet kunnen zingen of niet kunnen spelen om dat te maken. Sinds dat Kaat en Lisa erbij zijn, proberen we ook meer als meidengroepjes uit de vroege jaren ’60 te klinken.
Ook de sound van ‘De Prehistorie’ van op Radio 2 heeft mij beïnvloed.
Inhoudelijk is het meestal zo: als er iets gebeurt in mijn leven waarmee ik niet tevreden ben, zing ik dat meestal nog half in tranen in op een dictafoon. Dan luister ik daar later naar en dan denk ik “”oh my God” (lacht), maar soms zit er wel eens iets goed tussen. Dus zo schrijf ik mijn liedjes”.

Hoe ben je dan zo hoog geraakt? Is dat door…??

(valt direct in) “Door goed te zijn (lacht heel hard)!! Ik heb eigenlijk heel veel chance gehad, want ik heb nooit moeten zoeken naar optredens. Ik heb mijn eerste optreden gedaan in Antwerpen in een café. Daar heb ik wel gevraagd of ik mocht komen optreden. Maar sedert dat optreden heb ik er nooit meer moeten om vragen.
Het heeft ook te maken met het feit dat er in België honderden rockgroepen zijn maar weinig groepen met 3 meisjes die onnozele meisjespop maken. Dan heb je als organisator niet veel keuze als je naar zoiets op zoek bent. Wat natuurlijk ook heeft geholpen is dat ik ‘Theater aan Zee’ heb gewonnen en dat ik in de finale van ‘Humo’s Rock Rally’ ben geraakt. Na de Rock Rally zijn er echt wel veel optredens geweest”.

Hoelang ben je er al mee bezig?

“Eigenlijk is er een precieze datum vast te stellen, namelijk 19 maart 2007, toen ik 22 werd. Op die dag kreeg ik een telefonische oproep van mijn voormalig groepje, ‘Made in Taiwan’, om me te melden dat ik eruit lag. Maar ze wisten niet dat het net mijn verjaardag was. Daar was ik op dat moment zo van onder de voet dat ik er een nummer heb over geschreven: ‘Do You Remember Me Made in Taiwan?’
Ik was toen ook gebuisd op school en het ging echt niet goed. Dus zei ik: “Ik blijf niet bij de pakken neerzitten, ik schrijf er gewoon zielige liedjes over (lacht). En zo is het begonnen”.

Hebben jullie dan al een album uitgebracht?

“Met het geld dat we met ‘Theater aan Zee’ hebben gewonnen, hebben we een EP uitgebracht. Heel snel. We hebben 8 dagen gehad om 7 nummers op te nemen met als producer Pascal Deweze.
Sinds augustus is de EP uitgebracht maar nu verkoop ik hem enkel en alleen maar aan wie het vraagt. Als de mensen van Sint-Donatus er één willen kopen kunnen ze altijd terecht bij mijn mama: Mevrouw Gillis”. (lacht)

Ben je blij met de resultaten van Humo’s Rock Rally?

“Eigenlijk wel want ‘Humo’s Rock Rally’ is voor rock groepen; dus eigenlijk hadden wij niet in de finale mogen staan. We zijn ook echt gehaat door sommige mensen. Sommigen vonden ons geweldig en anderen vonden ons vreselijk.
Wat eigenlijk wel een goede reactie is, is dat we eigenlijk geen mainstream muziek maken. Onze muziek laat de mensen niet onverschillig. Dat zou pas erg zijn!.
Nu ben ik gewoon gestopt met mezelf te googelen want ik kreeg op het internet de meest verschrikkelijke stront over mij… (lacht uitbundig)
Als je in de finale van Humo’s Rock Rally staat dan vinden de mensen u wel goed. Het is eigenlijk, qua muziek, het enige gelezen blad in België, dus de steun van Humo is wel belangrijk als je het wilt maken als artiest”.

Hebben jullie een drukke agenda?

Met de Rock Rally is het even heel druk geweest omdat in de nasleep daarvan veel optredens kwamen. We hebben dus heel wat in Vlaanderen en Wallonië getoerd, wat wel tof was.
Ik ben ook actrice. Eigenlijk is dat mijn baan en is muziek mijn bijbaan. Maar nu heb ik heel de zomer in Wenen gezeten. Dus dan heeft het een tijdje stil gelegen. En nu ben ik wat optredens aan het plannen om een tournee te doen in februari met wat nieuwe nummers want wij spelen al 3 jaar dezelfde nummers. En ik ben nu ook bezig met een stuk als actrice. Dus is het soms een beetje muziek en soms een beetje theater”.

Heb je daarvoor muzikale studies gevolgd?

“Neen maar als kind was ik een kind van 12 instrumenten en13 ongelukken. Ik heb wel elk mogelijk instrument in mijn handen gehad. Ik ben begonnen met klarinet, dan drum, dan viool,..
Ik heb in de muziekschool nooit de discipline gehad om elke dag een kwartier te oefenen. Dus ik ging altijd met een klein hart naar de muziekschool omdat ik niet geoefend had. Uiteindelijk wou ik ook niet meer gaan.
Dan ben ik, op mijn zeventiende, in de muziekacademie in Grimbergen lichte muziek gaan doen zoals pop, jazz,.. en dan ben ik daar ook zangles gaan volgen en AMC gaan doen. Dan heb ik mij zelf piano leren spelen. Hierdoor werd ik ineens veel gemotiveerder omdat ik daar dan zelf mee nummers kon schrijven. Dan heb ik een ukelele gekocht en heb ik mezelf ukelele leren spelen, wat ook niet echt moeilijk is”.

Zit het in de familie?

“Neen maar mijn zus kan wel goed zingen. Terwijl er eigenlijk niemand in de familie met muziek bezig is, zingt mijn oma wel dikwijls en nog goed ook”.


Wat zou je dan nog graag bereiken?

“Mijn droom is eigenlijk van een Europese tour te doen. Daar komt wel wat planning bij kijken dus dan ga ik wel iets zelf moeten leren plannen (lacht). Ik zou graag de auto eens nemen en een maand of wat rondtoeren in Europa, naar Berlijn en Parijs mijn CD kunnen gaan verkopen. Het moet dan niet grootschalig zijn maar wel internationaal. Ik zou liever hebben dat ik in Europa overal een beetje bekend ben dan dat ik superberoemd ben in Vlaanderen”.

Probeer je de mensen een boodschap te brengen met je liedjes?

“Eigenlijk wel. Ik ben nog jong, dus mijn muziek gaat eigenlijk over mezelf. Ik schrijf over de dingen die misgaan in mijn leven omdat ik vind dat er een taboe rust op falen in de maatschappij. Als je gebuisd bent of je hebt verdriet om iets, dan wordt er zo een soort stempel op je geplakt dat je een loser bent. Wat eigenlijk totaal niet waar is want je kan wel heel gelukkig zijn als loser. Dus dan probeer ik te zeggen met mijn liedjes dat het geen kwaad kan. Ik heb trouwens zo een liedje dat noemt: ‘It’s Okay if You’re a Loser Anyway’. Als er iets mis gaat,….het is allemaal eigenlijk niet zo erg,….. probeer er mee te lachen. Mijn liedjes gaan eigenlijk niet over supererge dingen. Mocht er wel iets supererg zijn, dan zou ik er wel niet kunnen over schrijven. Een liedje over iets schrijven is ook een manier om dingen te kunnen relativeren maar sommige dingen kan je gewoon niet relativeren.
Ik denk dat ik misschien binnen 20 jaar liedjes ga maken om de wereld trachten te veranderen, zulke liedjes met een boodschap. Maar ik ben er nu gewoon nog niet klaar voor. Ik weet ook nog niet hoe de wereld in elkaar zit. Ik ben er nog maar 25”.

Dan hebben we nog een laatste vraag voor jou. Heb je nog een tip voor de kleinere, beginnende muzikanten?

“Jazeker! Probeer te maken wat jij graag doet. Probeer dus niet te denken dat je iemand met succes kan nadoen, om zo zelf te klinken. Probeer echt bij jezelf te zoeken wat je wilt vertellen en wat voor muziek je graag zou maken. Want er zijn al zoveel groepen die op elkaar lijken. Als je echt met iets afkomt van jezelf dan zal dat aanslaan want dan ben je uniek en dan zullen de mensen dat ook echt appreciëren”.